Over mij

Mijn foto
Groningen, Netherlands
Ik ben John Koster. Geboren in 1960 in Canada. In 1965 naar Nederland verhuisd. Getrouwd, 3 kinderen (zoon 1997, 2 dochters 2003). Eind 2009 begonnen met schrijven. Alle bijdragen op deze weblog zijn door mij, onder eigen naam of Papagoose, geschreven, tenzij uitdrukkelijk door mij anders vermeld. Mijn profielfoto is een afbeelding van een grote Canadese gans en is gemaakt door Andreas Trepte www.photo-natur.de bron: Wikipedia.

dinsdag 18 december 2012

Over onderwijzen; 39 Another Brick in the Wall

Klik op het plaatje om te luisteren naar Another Brick in the Wall, nr 39 in de Top2000 van 2012

Moeilijk te zeggen in hoeverre de muziek van Pink Floyd in de jaren zeventig mijn schoolprestaties heeft beïnvloed. Feit is dat ik over de laatste twee klassen van het gymnasium langer heb gedaan dan over de eerste vier. Mijn diploma heb ik zelfs uiteindelijk na een jaar avondschool moeten halen.

All in All was ik zat van het schoolse systeem en had ik veel andere interesses.
All in All was die 1.9 op het schoolonderzoek Natuurkunde in klas 6 de eerste steen in de muur.
All in All heb ik nog behoorlijk wat opgestoken.  
All in All ben ik toch redelijk goed terecht gekomen, wat dat ook moge zijn.
All in All heb ik achteraf geen spijt.

vrijdag 14 december 2012

Over rede en hartstocht; 1311 The Head and the Heart

Klik op het plaatje om te luisteren naar The Head and the Heart, nr 1311 in de Top2000 van 2012

niet meer praten
laten we slapen
de regen slaat
tegen de ramen
Ik ben moe, hondsmoe
moe van de reis hiernaartoe
waarin we samen
naar een uitweg hebben gezocht
voor de eeuwige spagaat
tussen rede en hartstocht

ze slaapt nu, verstild in de nacht
zij was het die in mijn duister hart
enig licht bracht
ik kijk naar haar gezicht
en ben verkocht
nog hoor ik de stem
van mijn verstand als ik zeg
deze dromen jaag ik weg
de eeuwige spagaat
tussen rede en hartstocht

de dag ontwaakt
maar de slaap kan ik niet vatten
mijn hoofd tolt
ik weet welke weg te kiezen
alles is gezegd en geschreven
de tijd zal leren
dat zij altijd bij mij zal horen
we kunnen niet samen
maar ook niet zonder elkaar leven
ik wil haar niet verliezen

hoor mijn bede
in de eeuwige spagaat
is het niet de rede
maar de hartstocht
waar het uiteindelijk om gaat



Vrij naar The Head and the Heart van Chris De Burgh:

Let us talk no more, let us go to sleep,
Let the rain fall on the window pane,
And fill the castle keep,
I am weary now, weary to my bones,
Weary from the travelling,
And the endless country roads,
That brought us here tonight, for this weekend,
And a chance to work it out,
For we cannot live together, and we cannot live apart,
It's the classical dilemma between the head and the heart;

She is sleeping now, softly in the night,
And in my heart of darkness she has been the only light,
I am lost in love, looking at her face,
And still I hear the voice of reason,
Telling me to chase these dreams away,
Oh here we go again, we're divided from the start,
For we cannot live together, and we cannot live apart,
It's the classical dilemma between the head and the heart,
The head and the heart;

Now the dawn begins, and still I cannot sleep,
My head is spinning round but now the way is clear to me,
There is nothing left, nothing left to show,
The jury and the judge will see, it's time to let her go,
Now hear the heart,
I believe that time will show,
She will always be a part of my world,
I don't want to see her go,
So I plead my case to hear the heart,
And stay...

It's time to let her go - I don't want to let her go...
It's time to let her go - I don't want to let her go...
It's time to let her go - I don't want to let her go...
It's time to let her go...

And in this classical dilemma,
I find for - the heart.

Over vrijheid; 2000+ Find the Cost of Freedom

Klik op het plaatje om te luisteren naar Find the Cost of Freedom, helaas niet in de Top2000 van 2012

Als ik het woord vrijheid hoor, moet ik altijd denken aan de strijd die de oorspronkelijke bewoners van Noord-Amerika hebben moeten leveren om zich een plekje op deze aarde toe te eigenen. Over de misdaden die gepleegd zijn hoef ik niet verder uit te weiden. Die kennen we allemaal in meer of mindere mate.

Keer op keer werden gesloten verdragen geschonden en de stammen teruggedrongen. Na onze vakantie in Canada in 1999 schreef ik een gedicht over de mensen in Wikwemikong, een plaats op Manitoulin Island in Lake Huron. Ik moet ook denken aan Wounded Knee, aan de Inuït in het noorden van Canada en de oorspronkelijke bevolking van Australië en Nieuw-Zeeland.

Vrijheid wordt duur betaald.
In de film The Last of the Mohicans zijn de woorden van Chingachgook aan het einde aangrijpend en hebben profetische waarde.

In de Top2000 kon ik niet een nummer vinden wat ik hier het beste bij vind passen. Ik moest denken aan Wounded Knee van Redbone, maar heb uiteindelijk gekozen voor het prachtige nummer van Crosby, Stills, Nash & Young, geschreven door Stephen Stills, Find the Cost of Freedom. Als je op het plaatje hierboven klikt, dan kun je luisteren naar een originele versie. Klik je hier dan krijg je een prachtige live uitvoering tijdens een concert van David Gilmour (Pink Floyd), met Crosby en Nash.

Find the cost of freedom, buried in the ground
Mother earth will swallow you, lay your body down

woensdag 12 december 2012

Over misdaad en straf; 977 Moon Over Bourbon Street

Klik op het plaatje om te luisteren naar Moon Over Bourbon Street, nr 977 in de Top2000 van 2012

In het holst van de nacht
schijnt de volle maan
boven de Prinsengracht.
Een innerlijke drang zet me aan
te achtervolgen
de mensen, het helder licht.
Ik bid elke dag om kracht,
opdat ik niet in onmacht zwicht
voor de misdaad die ik zal begaan.

Vele jaren geleden kwam
ik in de valstrik van dit leven.
Van een onschuldig lam
werd ik tot wie ik nu ben.
De rand van mijn hoed verhult
het oog van een beest.
Aan mijn gezicht kleeft bloed,
een verziekte geest.
Mijn handen was ik in onschuld.

Zij loopt dagelijks door
de straten van Amsterdam.
Zij is van goede komaf,
is jong en naïef.
Ik stond vaak onder haar raam
en moest mijn lusten bedwingen.
Het is mijn straf
lief te hebben wat ik verwoest.
Te verwoesten wat ik bemin.

Zolang de maan schijnt
boven de Prinsengracht
zie je mijn schaduw niet.
Gaan mijn voetstappen zacht.


Vrij naar Moon Over Bourbon Street van Sting:

There's a moon over Bourbon Street tonight
I see faces as they pass beneat
h the pale lamplight
I've no choice but to follow that call
The bright lights, the people, and the moon and all
I pray everyday to be strong
For I know what I do must be wrong
Oh you'll never see my shade or hear the sound of my feet
While there's a moon over Bourbon Street

It was many years ago that I became what I am
I was trapped in this life like an innocent lamb
Now I can never show my face at noon
And you'll only see me walking by the light of the moon
The brim of my hat hides the eye of a beast
I've the face of a sinner but the hands of a priest
Oh you'll never see my shade or hear the sound of my feet
While there's a moon over Bourbon Street

She walks everyday through the streets of New Orleans
She's innocent and young from a family of means
I have stood many times outside her window at night
To struggle with my instinct in the pale moon light
How could I be this way when I pray to God above
I must love what I destroy and destroy the thing I love
Oh you'll never see my shade or hear the sound of my feet
While there's a moon over Bourbon Street



dinsdag 11 december 2012

Over kopen en verkopen; 211 Money

Klik op het plaatje om naar Money te luisteren, nr 211 in de Top2000 van 2012

In de Top2000 zijn veel nummers te vinden die gaan over kopen, verkopen en geld.
Janis Joplin: Why don’t you buy me a Mercedes Benz.
The Police: Roxanne, you don’t have to sell your body to the night.
Dire Straits: The money for nothing and the chicks for free.
ABBA: Money Money Money.
House for sale, Can’t buy me love.

Maar het nummer waar ik persoonlijk het meest bij voel is Money van Pink Floyd. Niet in de laatste plaats omdat het staat op het legendarische album Dark Side of the Moon. Op dit album werd veel geëxperimenteerd met geluiden en effecten, de teksten zijn scherp.

Een aantal jaren geleden ben ik in het Gelredome in Arnhem naar een concert van Roger Waters geweest. Dit was voor het eerst dat ik een concert van (één van de leden van) Pink Floyd heb meegemaakt. Het stadion was goed gevuld met voornamelijk mannen van een zekere leeftijd. Leuk om te zien dat veel van deze mannen hun tienerzonen hadden meegenomen. Gesteund door de nodige technische hulpmiddelen, maakte Roger er een mooi schouwspel van. Hij is die zekere leeftijd al ruim gepasseerd.

Onbegrijpelijk eigenlijk dat ik vroeger nooit naar een concert ben geweest. Waarschijnlijk had ik er geen geld voor.


vrijdag 7 december 2012

Over de arbeid; 866 The Worker

Klik op het plaatje om naar The Worker te luisteren; nr 866 in de Top2000 van 2012

De harde werker
Elke ochtend om zeven uur
Gaat die pestwekker
Het leven is een sleur
De man baalt als een stekker
Hij heeft een rothumeur

Geeft zijn vrouw verplicht een zoen
En haast zich naar de trein
Hij wil het dolgraag anders doen
Zou dat dan niet vreemd zijn?
Een verspilling van zijn tijd

Hij staart gelaten uit het raam
Tweede klas en tweederangs
Droomt van auto’s en een rijbewijs
Maar men geeft hem geen kans
Beëindigt getergd zijn reis


Vrij naar The Worker van Fischer Z:

The Worker
The hated journey on the train
Always been the same
Looking out windows
Second class and second best
What a waste of time

Sleep for five stops in a row
Prepare yourself to go
Waterloo station
Bought a '69 Capri, failed the M.O.T.
What a waste of time

The worker, the worker
The worker, the worker

Always kiss the wife goodbye
Often wonder why
At seven in the morning
Think it's time for a change
Wouldn't that be strange?
What a waste of time

The worker, the worker
The worker, the worker


donderdag 6 december 2012

Over eten en drinken; 583 Whiskey in the Jar

Klik op het plaatje om Whiskey in the Jar te luisteren, nr 583 in de Top2000 van 2012

Op zijn tijd drink ik graag een glaasje whiskey of whisky. Het liefst een zachte Ierse whiskey of een single malt Schotse whisky, of dat nu een Speyside is of een Islay, dat hangt van mijn stemming af op dat moment.

De oplettende lezer is nu al iets opgevallen. Whiskey of whisky? Iets wat ik al wist, maar voor de zekerheid gegoogled (?) heb: over het algemeen wordt voor de Schotse variant “whisky” geschreven en voor de Ierse en Amerikaanse soorten “whiskey”.

Dit wetende vind ik het vreemd dat de Ierse band Thin Lizzy op de meeste afbeeldingen die ik kon vinden “whisky” schrijft. In de lijst van de Top2000 staat wel “whiskey”.

Ach ja, het zal niet zo belangrijk zijn, als het maar smaakt. En let op: single malt Schotse whisky drink je zonder ijs. De enige toevoeging die is toegestaan is een drupje water. Whiskey on the rocks is iets voor Amerikanen.

Ten slotte, de herkomst van het woord whisk(e)y is het Keltische “uisge beatha” en betekent levenswater of heilig water.

woensdag 5 december 2012

Over geven; 719 Give a Little Bit

Klik op het plaatje om "Give a Little Bit" te luisteren, nr 719 in de Top2000 van 2012

geef mij
een klein beetje
een heel klein beetje
van je tijd

geef mij
een klein beetje
een heel klein beetje
van je liefde

ik zal je geven
een klein beetje
een heel klein beetje
van mijn leven

zie de ogen
van de man
zijn ogen geven
een klein beetje
een heel klein beetje
zijn eenzaamheid prijs

neem zijn hand
geef een klein beetje
geef een heel klein beetje
van jezelf
op reis
naar zijn vaderland


Vrij naar "Give a Little Bit" van Supertramp



dinsdag 4 december 2012

Over kinderen; 244 Sebastian

Klik op het plaatje om te luisteren naar deze live uitvoering, nr 244 in de Top2000 van 2012.


Dit stuk schreef ik eerder met de titel Ons Filosoofje. Voor mij is dit zo verbonden met het nummer Sebastian van Steve Harley & Cockney Rebel, dat ik het voor deze gelegenheid herhaal. Om dit nummer te kunnen beluisteren heb ik gekozen voor een prachtige, vrij recente, live uitvoering.

“Mama en papa, waarom heet ik Seb?”
“Wij vinden dit een mooie naam. Die hebben we je gegeven toen je werd geboren. Eigenlijk heet je Sebastiaan. En wij vonden Seb een originele afkorting.”
“Wat is origineel?”
“Dat betekent dat er niet veel van zijn.”
“Wat betekent eigenlijk Sebastiaan?”
“Sebastiaan betekent: man van Sebastia. Sebastia is een stad aan de zee. Sebastiaan is dus: man van de zee.”
“Oh. Ik hou ook van de zee. Ik vind Sebastiaan mooier dan Seb. Ik heet Sebastiaan.”
“Oké.”
“En waarom heb ik maar één naam?”
“Sebastiaan zegt genoeg, daar hoeft niet meer bij. En trouwens, je heet nog Koster.”
“Oh.”

En Seb houdt inderdaad van de zee. Toen hij één jaar oud was en wij op vakantie in Bretagne waren, gingen we vaak naar een van de mooie strandjes aan de zuidkust. Hij kon net lopen, maar we moesten hem al tegenhouden om niet zo de zee in te rennen. Zonder op of om te kijken liep hij, na al zijn kleren uitgetrokken te hebben, linea recta richting het water. Zonder enig besef van gevaar. Met slechts één doel voor ogen. Zo snel mogelijk de zee in.

Twee jaar later, Seb was drie jaar, waren we in de zomer op vakantie in Denemarken. Leuk, dachten wij. Rustig land, veel water, een dagje Legoland. Maar Seb voelde zich niet prettig. En op die leeftijd kunnen kinderen nog niet zo goed verwoorden wat er aan de hand is. Wij hadden het idee dat hij last van heimwee had. Door het licht in de tent sliep hij ’s avonds niet vóór half tien. Wij moesten echt naast zijn bedje zitten om hem uiteindelijk rustig in slaap te laten vallen. Om half zes ’s ochtends was hij dan weer klaarwakker. Elke ochtend hetzelfde verhaal. Wij werden er haast moedeloos van.

Op één zo’n ochtend ben ik maar met hem uit de tent gegaan en een eind gaan lopen. Over de camping en dan langs het bos en de velden, die in serene rust de dauw probeerden te verwerken. Fris en stil, alleen fluitende vogels, de sterren nog net aan de hemel. Seb stapte kordaat met zijn korte beentjes over de weg. Hij keek naar boven, alsof hij het universum nu al wilde begrijpen en de zin van het leven doorgronden. Hij sprak toen de binnen ons gezin nog steeds legendarische woorden:

“Ik ben Seb. Seb Sebastiaan Koster. Mens.”

maandag 3 december 2012

Over de liefde; 252 More than a feeling

Klik op het plaatje om More than a feeling te luisteren, nr 252 in de Top2000 van 2012


Na jaren samen
is de liefde meer

Meer dan
schichtige blikken
Meer dan
voorzichtig aandacht trekken
Meer dan
ongewild knikkende knieën
Meer dan
een opgejaagde prooi
Meer dan
een jager met een doel
Meer dan
een foto aan de muur

Na jaren samen
is verliefdheid mooi
en de liefde meer
Meer dan een gevoel


zaterdag 1 december 2012

De komst van het schip; 115 Mr. Blue Sky

Klik op het plaatje om Mr. Blue Sky te luisteren, nr 115 in de Top2000 van 2012

Waren de goden kosmonauten. De planeet die aarde heet. Werelden in botsing.
Erich von Däniken. Hal Lindsey. Immanuel Velikovsky.

Toen ik een jaar of 17, 18 was las ik deze boeken. Ik verslond ze. Vaak lag ik 's nachts met een zaklantaarn onder de dekens stiekem te lezen. Ik kon ze simpelweg niet aan de kant leggen. Hoe zijn de piramiden gebouwd? Wie waren verantwoordelijk voor de beelden op Paaseiland? Wie bouwden Stonehenge? Ik las vele boeken die daar een antwoord op probeerden te geven.

Het lezen van deze boeken was voor mij de aanleiding om science fiction te gaan lezen. Maar dan wel verhalen waarin de science een grotere rol speelde dan de fiction. Ik las Isaac Asimov, Arthur C. Clarke, maar ook klassiekers, zoals de boeken van John Wyndham.

Het was ook de tijd van de symfonische rock, Boston, Alan Parsons Project en Electric Light Orchestra. En de lp-hoezen waren fantastisch. Ze prikkelden mijn fantasie. Eind jaren zeventig had ik zoveel lp's dat ik met alle hoezen, al dan niet uitgeklapt, één hele muur in mijn slaapkamer kon bedekken, op het behang geplakt met buddies. De hoezen van Earth, Wind & Fire waren de mooiste.

Als in de prehistorie buitenaardse kosmonauten onze Aarde hebben bezocht, dan kan ik me voorstellen dat ze zijn gekomen in een schip. Een schip als op de hoes van Out of the Blue van ELO. Met de top2000 hit Mr. Blue Sky.

donderdag 29 november 2012

Aarde


Ergens in de stad waar ik woon heb ik een kavel gekocht. Ik heb er voor betaald. Dit betekent dat ik eigenaar ben van een stukje Aarde. De grond is van mij!

Er staat ook een huis op die kavel. Dat huis is mijn eigendom, want het is gebouwd door een aannemer die daarvoor geld van mij heeft gekregen.

Nu is mij één ding niet duidelijk. Mijn kavel is 6 bij 35 meter, dus 210 m2.
Maar tot welke diepte is de grond van mij?
1 meter?
5 meter?
En is de lucht boven de kavel ook van mij?
En zo ja, tot welke hoogte dan?

De heipalen die in de grond werden geslagen om het huis te bouwen zijn volgens mij 9 meter lang. Ik mag dan aannemen dat de grond tot 9 meter diepte van mij is, anders zitten mijn heipalen in andermans grond. Misschien is de grond op 9 meter diepte wel van niemand. Of van de gemeente waarin ik woon. En worden mijn heipalen daar gedoogd. En als de grond op 9 meter diepte van de gemeente is, of van de provincie of van Nederland, tot welke diepte is dat dan?
20 meter?
100?

Je vraagt je misschien af waar ik me druk over maak. Maar dit vraagstuk houdt mij bezig.

In de jaren negentig van de vorige eeuw zijn grote stukken grond in het noorden van Canada teruggegeven aan de oorspronkelijke bevolking, de Inuït. Maar deze mensen kennen het begrip grondeigendom niet. Ze hadden geen grond en hebben het in hun ogen nog steeds niet. Ze gebruiken het, leven en wonen er op, zorgen er voor.

Toen de Canadese regering haar edelmoedige daad stelde en de grond teruggaf, werd ze dan ook totaal niet begrepen door de nieuwe eigenaren.
In hun verbaasde blikken stond te lezen:
“Were these lands yours to give in the first place?”

Toch ben ik blij met mijn stukje Aarde.



Schrijfveer "Aarde"

maandag 19 november 2012

vrijdag 20 juli 2012

Schrijfveer-haiku 20-07-2012

het is altijd weer
de ijzige noordenwind
die mijn oog verblindt

Rotweer op!

wat is er
aan de hand
in ons
mooie Nederland?

vanochtend las ik
twee opvallende berichten
in de krant

morgen in Amsterdam
gaan we
een protestmars lopen
tegen het slechte weer

en nu maar hopen
dat het droog blijft
voor een keer

op de voorpagina
naast de colofon
staat met kleine letters

voor de komende dagen
droog
en kans op zon

dinsdag 10 juli 2012

Grijs

driedelig grijs
stemmig
een grijs gebied
niet zwart-wit
polder
een grijze dag
druilerig
de grijze bak
bij de straat
d’Olle Grieze
statig, majestieus

de auto grijs metallic
tegen meerprijs
een grijze dakkoffer
grijze muis
muurbloem
staalgrijze ogen
koud
het haar van de man
zilvergrijs
door de jaren
wijs


Schrijfveer "Grijs heeft vele nuances"

woensdag 28 maart 2012

Op het magneetbord


Eerst
klikkende kleuren
simpele figuren
een huis
met een puntdak
en een
scheve schoorsteen
rode bloemen
op groene stelen.

Later
een wonder
van zinnen
wisselende woorden
letters
gekleurde klinkers
je eigen naam.

Schrijfveer "Op het magneetbord"

vrijdag 27 januari 2012

Ierland (3): Doolin


We kiezen ervoor om de Cliffs of Moher links te laten liggen. Ons doel is om langs de westkust naar het noorden te fietsen naar Connemara in county Galway en misschien wel zo ver als county Mayo. Het is afwachten of dat haalbaar is in twee weken. Verder uitgewerkt zijn de plannen niet. Overnachten doen we op de bonnefooi op campings, in B&B’s of jeugdherbergen.

Na een lange fietsdag bereiken we Doolin, een prachtig plaatsje aan de kust. We zetten ons kleine koepeltentje op tussen de belachelijk grote caravans en campers op een veld omringd door de traditioneel gestapelde Ierse muurtjes. Gelukkig zijn er meer trekkerstenten. Een eenvoudig toiletgebouw maakt camping Doolin compleet. Om nog enige beschutting te hebben tegen de altijd aanwezige wind, zetten we onze tent zo dicht mogelijk bij het muurtje. Het uitzicht is overweldigend. Links in de verte zien we de Cliffs of Moher, we hebben wel een beetje spijt dat we daar niet langs gefietst zijn, en recht voor ons in de Atlantische Oceaan liggen de Aran Islands. We besluiten hier een aantal dagen te blijven en de omgeving met dagtochtjes op de fiets te verkennen.

’s Avonds lopen we vanaf de camping een paar honderd meter naar het dorpje om iets te eten. We hebben geen idee of er restaurants zijn. Een pub is er natuurlijk altijd. Misschien wel meer dan één. We hebben gehoord dat je in hotel Doolin kunt eten, een huiskamerrestaurant, en deze is snel gevonden. Hotel is een groot woord. Het is meer een pension, maar het ziet er knus uit.

Wij zijn de eerste gasten. Moeder laat ons binnen en begeleidt ons naar de huiskamer. Een stuk of vijf kleine tafeltjes met plastic zeiltjes en houten stoelen vormen het restaurant. Op de grond onder het raam staat een eenvoudige cassettespeler. Gelukkig zijn er inmiddels meer mensen binnengekomen. Vader en moeder doen samen de bediening. De dochter van een jaar of twaalf komt elk half uur de kamer in en draait het bandje om, zodat we twee uur lang naar dezelfde Ierse muziek zitten te luisteren. Waarschijnlijk zijn we er die avond mee besmet geraakt.

Na de goede maaltijd zakken we af naar Gus O’Connor’s pub, die we op weg naar hotel Doolin al hadden gezien. De uithangborden lachen ons, mij in ieder geval, toe. Guinness, Murphy’s en Heineken. De combinatie van Guinness en Jameson Irish Whiskey is fantastisch, maar na 120 kilometer fietsen en lekker eten krijg ik er zware benen en een licht hoofd van. De pub in Doolin is vermaard om de muziek die er wordt gespeeld. Het is dan ook afgeladen vol. Gitaren, harpen, fiedels, flutes en pipes. Iedereen die maar een beetje kan spelen wordt van harte uitgenodigd mee te doen. Er is geen vast repertoire. Dit maakt het beregezellig. Het is laat, of eerder vroeg, als we in het donker snel ons tentje gevonden hebben.

woensdag 25 januari 2012

Ierland (2): Frank en Vrij


Ierland is een fantastisch fietsland. De eerste dagen na het verlaten van vliegveld Shannon lijkt het landschap veel op Texel. Niet spectaculair, wel mooi en rustig. Naarmate we verder naar het westen en noorden rijden wordt het ruiger en stiller.

We zijn al gewend aan het klimaat. Tussen de vijftien en twintig graden is normaal in de zomer en het regent veel. Geen wonder dat het land prachtig groen is, in duizend schakeringen. Trokken we in het begin bij iedere dreiging onze regenpakken nog aan, nu stoppen we even. We zoeken de beschutting bij een bosje of een muurtje langs de weg en laten de bui voorbijgaan. Meestal is het na tien minuten weer droog. Of we fietsen gewoon door en nemen het nat worden op de koop toe. Onze kleding droogt snel.

Een aantal keren zijn we onderweg geconfronteerd met blaffende honden bij boerderijen. Gelukkig blijft het bij blaffen. Ze zijn goed opgevoed en komen het erf niet af, ook al zijn er geen hekken. Johanna houdt er niet van. Ik zeg dat ze beter voorop kan gaan fietsen, omdat honden, als ze dan toch achter je aan komen altijd de achterste pakken.

De volgende boerderij lijken we zonder blaffen voorbij te komen, totdat uit het niets twee joekels van honden aanslaan. We schrikken ons wezenloos, vooral omdat we de beesten niet hadden gezien. We fietsen snel door, niets aan de hand. We zijn nauwelijks van de schrik bekomen als een klein, wit keffertje met een grote sprong over het muurtje achter ons aankomt. We zetten het op een fietsen, maar we raken het beest niet kwijt omdat we heuvelop moeten. Kilometerslang blaft het mormel achter ons aan, ondertussen happend naar mijn trappers en mijn kuiten. Nog even volhouden. We zijn bijna boven en als we dan heuvelaf kunnen, dan zal het hondje ons niet meer bij kunnen houden, hopen we.

Het kan niet waar zijn. In de verte, op de top, staan drie honden midden op de weg. Drie verschillende rassen en afmetingen. Ze staan ons op te wachten. Wat moeten we nu? We moeten doorfietsen, teruggaan is geen optie. De beesten gewoon negeren en hopen op hun medelijden. Het tafereel is een scène uit een bekende Disneyfilm. We zijn de honden tot op twintig meter genaderd. We zetten ons schrap voor de aanval met bloedige afloop.

Met dichtgeknepen ogen fietsen we snel door. En dan gebeurt het onvermijdelijke. We horen de drie honden op ons afkomen, luid blaffend. Maar het geluid neemt in volume af en wij leven nog. We openen voorzichtig de ogen. We kijken achterom en zien en horen de drie honden het witte keffertje opjagen tot aan de boerderij waar het vandaan kwam.

Met knikkende knieën vervolgen we onze weg. We danken de grijze hemel. Engelen komen in verschillende gedaanten.

maandag 16 januari 2012

Tas gestolen

Met de bus kan ik nog het Centraal Station van Utrecht bereiken. Al doen we er wel bijna een uur over. In de grote hal is het druk. Zo druk heb ik het nog nooit gezien. Honderden mensen kijken gespannen naar het grote blauwe bord met treintijden. Een aantal stoptreinen vertrekt met grote vertraging. Sneltreinen rijden niet meer. Mensen praten met elkaar, vragen om hulp of informatie. Bij de zuil met telefoons in het midden van de hal staan vier rijen mensen te wachten om naar huis te kunnen bellen of alternatief vervoer te regelen.

Op verschillende plekken rond Utrecht zijn takken of hele bomen op het spoor gewaaid. Het treinverkeer ligt plat. Overal staan kilometerslange files.

Ik zie dat thuiskomen met de trein er niet meer inzit vandaag en besluit achter in de rij voor de telefoons aan te sluiten. Toch maar Johanna laten weten dat het iets later wordt. Misschien kom ik helemaal niet thuis. Nou ja, het is vervelend, maar spannend ook wel.

Het is half twaalf en eindelijk kan ik naar huis bellen. Johanna is wel enigszins ongerust, maar ze heeft ook wel gezien wat er in het land aan de hand is. Ik loop doelloos door de hal. Afwachten wat er gaat gebeuren. Er gebeurt niets en toch heel veel. Een grote groep mensen dromt samen voor twee lange tafels met enorme pannen met erwtensoep en bakken met broodjes. Een aantal mensen van het Leger des Heils schept plastic kommen vol soep en deelt broodjes uit. Urenlang. Hoe zij dit zo snel georganiseerd krijgen is me een raadsel. Er is dankbaarheid alom. De mensheid is zo slecht nog niet.

Om één uur ’s nachts wordt omgeroepen dat er in de Beatrixhal van het Jaarbeurscomplex bedden zijn neergezet voor de mensen die niet weg kunnen komen uit Utrecht. Het leger is ingezet om de veldbedden te regelen. In de hal staan werkelijk honderden bedden met dekens klaar, met naast elk bed een stoel. Goed gedaan.

Ik hang mijn jas over de stoel en zet mijn tas op de grond naast me neer. Ik ga liggen, maar kan, ondanks dat ik best moe ben, de slaap niet vatten. Om half zes schrik ik wakker en het duurt even voor ik me realiseer waar ik ben. Ik moet toch tegen half vier weggedommeld zijn. Ik sta op, trek mijn jas aan en wil mijn tas pakken. Shit, weg. Ik kan het niet geloven. En uit de binnenzak van mijn jas is ook mijn portemonnee weg.

Wat een klotendag, wat een klotenvolk.

http://www.knmi.nl/cms/content/75142/twintig_jaar_geleden_zwaarste_storm

maandag 9 januari 2012

Ellendige avonturen

Onze zoon van 14 kwam onlangs thuis van school met een mooi verhaal. Eén van de docenten had de leerlingen van de derde klas een filmpje laten zien. Wat als computers en games eerder waren uitgevonden dan de boekdrukkunst? Dan hadden ouders van pubers zich druk gemaakt over het aantal uren dat de jeugd zich met een dik boek vol met stoffige grijze letters afzondert in een hoekje van de kamer. Telkens hadden ze moeten aandringen op het spelen van computerspellen in plaats van te gaan zitten lezen. Het gamen is socialer omdat je met en tegen elkaar speelt, contacten hebt over de hele wereld, spelenderwijs meerdere talen leert spreken en interactief je fijne motoriek en je hersenen traint.

Als wij weer eens naar boven schreeuwen dat hij nu eindelijk eens achter de pc vandaan moet komen, omdat hij anders vierkante ogen krijgt, weten we al wat zijn teruggeschreeuwde antwoord zal zijn:
“Wat als het gamen eerder was uitgevonden dan de boekdrukkunst?”

Wij koesteren de traditie om elke avond voor het slapen onze kinderen voor te lezen. Dit hebben we jaren gedaan voor onze zoon en dat doen we nu voor onze dochters. Als het voorlezen een keer niet lukt omdat het te laat is bijvoorbeeld, dan moet je de beteuterde gezichtjes eens zien.

Na halverwege het derde boek van Harry Potter, het kijken van de films heeft het lezen ingehaald en dan zijn de boeken niet meer interessant, lezen we nu over de Baudelaire-wezen en graaf Olaf in één van de boeken van Lemony Snicket.

Bij het avondeten komt het boek ter sprake en discussiëren we over blauw bloed, de adel en de bijbehorende titels. Op mijn vraag of ze weten wat een graaf is, antwoordt Lot:
“Ja, dat weet ik. Dat is iemand die foto’s maakt.”